Your webbrowser is outdated and no longer supported by Microsoft Windows. Please update to a newer browser by downloading one of these free alternatives.
Smelt de Solo in een kleine pan op een zacht vuur.
Breek de eieren in een mengkom. Voeg de suiker toe en klop stevig los. Roer eerst de melk onder het mengsel en vervolgens de gesmolten Solo.
Meng de bloem met een koffielepel bakpoeder (dat is ongeveer 10 gram). Als je graag dikkere pannenkoeken wil kan je iets meer bloem gebruiken.
Zeef de bloem geleidelijk over de massa en roer goed zodat er geen klontertjes in het beslag achterblijven.
Snijd een vanillestok overlangs in twee en schraap de zaadjes eruit met een mes. Voeg de zaadjes toe aan het mengsel en roer nog eens goed.
Laat het deeg 5 minuutjes rusten zodat het bakpoeder zijn werk kan doen.
Smelt ondertussen een extra klontje Solo op een laag vuur. Dat kan je gebruiken om de pan in te vetten.
Verhit je pan en vet ze in met een beetje gesmolten solo (gebruik een borsteltje, of een door midden gesneden aardappel die je op een vork prikt). Zorg dat de pan gloeiend heet is voor je je eerste pannenkoek bakt. Gebruik een antikleefpan of een gietijzeren pan en was die na gebruik vooral niet af. Wrijf ze enkel proper met een prop keukenpapier.
Als de pan heet genoeg is kan je beginnen bakken. Giet een pollepel deeg in de pan en draai die rond tot de bodem van de pan volledig bedekt is. Bak de pannenkoek op een matig vuur tot de onderkant goudbruin is. Draai hem dan om (met een spatel of al opgooiend) en bak de ommezijde kort aan.
Herhaal dit proces tot je deeg verwerkt is. Vet de pan na iedere pannenkoek opnieuw een beetje in.
Laat de pannenkoeken afkoelen terwijl je aan de crème begint.
Doe daarvoor een klein deel van de basterdsuiker in een mengkom. Snijd de zachte Solo in kleine stukken en doe die bij de suiker.
Meng met de mixer op een lage snelheid.
Als de Solo volledig is losgeklopt kan je de rest van de suiker geleidelijk toevoegen en de snelheid van de mixer wat opdrijven.
Voeg als laatste het sap van een halve citroen toe en meng alles nog een laatste keer goed door.
Als de pannenkoeken intussen afgekoeld zijn, kan je aan de taart beginnen.
Leg een pannenkoek op een taartschaal. Bestrijk de pannenkoek met een laagje van de crème en leg daar dan de volgende pannenkoek op. Herhaal dit proces tot je alle pannenkoeken hebt opgestapeld. (Tip: druk de lagen af en toe aan zodat je een stevig geheel krijgt).
De taart moet minstens 7 centimeter hoog zijn, maar hoger mag ook natuurlijk. Afhankelijk van de dikte van je pannenkoeken kom je met 40 stuks aan 8 à 10 centimeter.
Met de resterende crème kan je de bovenste pannenkoek volledig bedekken.
Leg op dit afwerkingslaagje een aantal takjes rode, blauwe en braambessen. Je kan uiteraard ook frambozen of ander fruit gebruiken.
Bestuif de taart met bloemsuiker als afwerking.
Tip: Je snijdt de taart het gemakkelijkst met een mes dat je even in heet water hebt gedompeld.